Functionele grammatica… mét prosodie!
Functionele grammatica en prosodie? Ja, zeker! Een spreker die grammaticaal correct spreekt, maar geen prosodie (melodie en ritme) inzet, is vaak moeilijk verstaanbaar. Tijdens het inoefenen en automatiseren, helpen melodie en ritme om de grammatica levensecht en verstaanbaar te maken. Bovendien ondersteunt prosodie de automatisering van de te leren grammatica.
Programma
Je verkent de leermotivatie, het type leerder, het belang van prosodie, de betekenisdragende en de minder betekenisdragende grammaticale elementen. Met de leerlijn als leidraad verken je het presenteren van de regels, het vakjargon, de deductieve versus inductieve aanpak en ten slotte functionele feedback en evaluatie.
Je gaat aan de slag met interactieve oefeningen, klassikaal en in groepjes:
- Receptieve oefeningen in functie van het leren horen en zien van de grammaticale elementen.
- Contextgebonden en activerende schrijfoefeningen.
- Activerende spreekoefeningen met prosodie (muziek en ritme) in functie van betere en snellere consolidering: taaltempo’s, taalraps, taalpingpongs, taalriedels, drama, noticing, …
Uiteindelijk leer je de 16 gulden regels betreffende grammatica onderwijzen kennen en toepassen als rode draad doorheen je lessen.
Doelstellingen
Deelnemers kennen
- de 16 gulden regels betreffende grammatica onderwijzen,
- de grammaticaregels,
- de prosodische elementen: vooral intonatie, woordgroepen en zinsaccenten.
Deelnemers kunnen
- werken aan grammatica als middel en niet als doel op zich;
- de regels duidelijk en transparant presenteren;
- receptieve oefeningen inzetten in functie van het leren horen en zien van de grammaticale elementen;
- contextgebonden schrijfoefeningen aanbieden;
- activerende spreekoefeningen inzetten met prosodie;
- functionele feedback geven en functioneel evalueren.
Doelgroep
Leerkrachten die NT2-les geven aan (jong)volwassenen in een CVO, CBE of OKAN en beperkte kennis en vaardigheden hebben op vlak van het onderwijzen van grammatica en prosodie.
Aangezien er veel geschreven oefenmateriaal gebruikt wordt, is deze nascholing minder interessant voor leerkrachten die aan laaggeschoolde analfabeten lesgeven.