Cognitief begaafde leerlingen in het secundair onderwijs. Differentiëren voor leerlingen die meer uitdaging nodig hebben

Hoogbegaafdheid is een gave voor veel leerlingen, maar toch zijn er steeds weer leerlingen die problemen ondervinden door een minder adequate begeleiding in scholen. De zorg voor cognitief begaafde leerlingen wordt dan ook steeds meer gezien als een onderdeel van het totale zorgpakket.

Programma

Dag 1:

• Vooroordelen en mythes
  Met het Vooroordelenspel Hoogbegaafdheid leiden we het thema in. Dit spel kan ook ingezet worden in de klas om vooroordelen over hoogbegaafdheid bij leerlingen te herkennen en te kaderen.
  
  
• Identificeren van cognitief begaafde leerlingen
  De meeste leerkrachten kennen maar één type hoogbegaafde leerling nl. de succesvolle leerling die 'er wel zal komen'. Maar er zijn 6 types van hoogbegaafde leerlingen die elk hun specifieke behoeftes hebben. Je leert ze herkennen en je krijgt tools aangereikt om ze uit te dagen op de manier die bij hun type past.
  
  
• Verrijking en uitdagen in het secundair onderwijs
  Het principe van compacten en verrijken is al langer gekend in de basisschool, maar in het secundair onderwijs wordt dit nog niet vaak toegepast. Deze principes, die voor elk vak toepasbaar zijn, worden aangeleerd, waarbij veel aandacht is naar klasmanagement. Bijkomend krijgen de deelnemers criteria mee waarmee ze verrijkingsmateriaal zelf kunnen beoordelen.
  
  
• Gebruikmaken van de taxonomie van Bloom
  Met deze tool kunnen leerkrachten hun gewone lessen upgraden zodat ze interessanter worden voor sterke leerlingen. De leerkrachten gaan zelf aan de slag, leren vragen bedenken in de hogere orde-denkvaardigheden en bekijken samen hoe ze deze tool kunnen inzetten in de klas, bij huiswerk en bij evaluatie.

Dag 2:

• Mindsettheorie Dweck
  De theorie van vaste en groeimindset is een noodzakelijke basis om te begrijpen hoe het komt dat sommige leerlingen, nochtans met een hoog potentieel, toch gaan onderpresteren. De deelnemers leren hoe ze groeimindset in de klas kunnen bevorderen ter preventie van onderpresteren.
  
  
• Onderpresteren herkennen en omkeren
  Eerst moet duidelijk zijn wie de onderpresteerder is en wat dit onderpresteergedrag heeft veroorzaakt. Dan pas kunnen we werk maken van een begeleidingstraject waarin we het onderpresteren gaan omkeren. Je leert de verschillende stappen van zo'n begeleiding en gaat zelf aan de slag met enkele materialen die ingezet worden om de onderpresteerder er weer bovenop te helpen.

Doelstellingen

Je leert als leerkracht of leerlingenbegeleider:

• hoe om te gaan met cognitief begaafde leerlingen;
• wat cognitieve begaafdheid is;
• hoogbegaafde leerlingen te herkennen in de klas;
• hoe je cognitief begaafde leerlingen kan uitdagen;
• hoe het komt dat deze leerlingen soms vastlopen;
• hoe het onderpresteerproces om te keren.

Kortom: je wordt ondergedompeld in de wereld van cognitief begaafde leerlingen in het secundair onderwijs.

Doelgroep

Leerkrachten en leerlingenbegeleiders uit het secundair onderwijs.

Begeleiding

Sabine Sypré, ECHA Specialist in Gifted Education (Radbouduniversiteit). Stichter Hoogbloeier, een expertisecentrum voor hoogbegaafdheid met leerkrachten, psychologen en therapeuten. Recent werkt zij als valorisatiemedewerker en doctoraatsstudent aan de KULeuven en UGent binnen project TALENT, een onderzoek naar cognitief begaafde leerlingen.

Praktisch

Cursusmateriaal en lunch inbegrepen